‘Vergeleken met andere Westerse landen kent Nederland veel institutional care en weinig community care. Die verhouding zou wat meer omgekeerd mogen zijn.’ Dat zei staatssecretaris Martin van Rijn tijdens het symposium ter gelegenheid van het afscheid van Guus van Montfort als hoogleraar Health Economics and Medical Technology aan de Universiteit Twente.
Dat dat feitelijk al zichtbaar begint te worden, blijkt uit de vele community initiatieven in bijvoorbeeld wijken en dorpen. Neem de Zorgcoöperatie Austerlitz. Voorzitter Jan Snijders, een van de deelnemers aan de paneldiscussie, legde uit dat deze zorgcoöperatie in een enorme behoefte voorziet en veel belangstelling trekt van mensen die elders een soortgelijk concept op willen zetten. Blijkbaar is de tijd rijp voor dergelijke burgerinitiatieven.
Ook Van Montfort ging in zijn afscheidsrede in op het initiatief van de burger, in het bijzonder de ouderen, en op de gevolgen daarvan. Allereerst stelde hij vast dat verschillen er weer mogen zijn. ‘Er bestaat nu eenmaal diversiteit in wat mensen willen maar ook in hoe zij zorg ervaren. Dat is een gegeven en dat wordt onderkend. Het past ook bij de ontwikkeling die zich onmiskenbaar voordoet: er komen steeds meer mondige cliënten die zelf meer en meer de regie nemen en die zorg willen die aansluit bij hun eigen wensen en hun eigen leven.’
Van der Valk
De zorg zelf speelt in op die behoefte aan vraaggerichte zorg, maar ook het bedrijfsleven. Want de beeldvorming ten opzichte van ouderen is inmiddels flink veranderd. Het is allang geen groep meer die genegeerd wordt door marketeers. ‘Zie alle hulpmiddelen voor in huis die inmiddels gewoon in de bouwmarkt te koop zijn. Zie de Van der Valk Hotels die een afdeling ombouwen tot zorghotel.’
Ook de technologie helpt cliënten om in de lead te blijven. Van Montfort doelt met name op de nieuwe technologie: tablets, app’s, etcetera. HTK-technologie noemt hij het. ‘Huis-, tuin- en keukentechnologie. Simpel, cliëntvriendelijk, goedkoop. Zelf je wijkverpleegkundige inplannen, bijvoorbeeld. De cliënt wordt prosument, een samenvoeging van consument en producent.’
Cliënten krijgen marktmacht
Niet alleen op individueel niveau nemen cliënten de regie. ‘De macht in het zorgsysteem verschuift ook meer in hun richting. Ze switchen van verzekeraar als ze elders een passender pakket kunnen krijgen. Ze nemen een restitutiepolis omdat ze zelf hun artsen willen kunnen kiezen. Daarbij niet zelden geholpen door een (belangen)groepering als de ouderenbond of de zorgcoöperatie. De invloed van dit soort organisaties is enorm. En cliënten organiseren zich steeds meer.’
‘Zo krijgt de cliënt er meerdere rollen bij. ‘Hij wordt, samen met de wijkverpleegkundige, de zorgcoöperatie, de verzekeraar, actief vraagverhelderaar, beïnvloeder, zorginkoper. Dat laatste natuurlijk niet letterlijk, maar cliënten hebben wel inkoopmacht. Die marktbeweging is niet meer te stuiten.’ Dat is ook iets wat staatssecretaris Van Rijn nastreeft. ‘Cliëntvoorkeuren moeten meer worden meegenomen bij de inkoop en de bekostiging,’ stelde hij. Jan Snijders van de Zorgcoöperatie Austerlitz kon dit uiteraard van harte onderschrijven: ‘En burgerinitiatieven als het onze kunnen daar absoluut bij helpen.’